Wat maakt de mens?

Wat maakt ons tot mens? Filosofen stellen vaak dat mensen, anders dan dieren, rationeel zijn. We kunnen nadenken over onszelf en de wereld en zijn creatief.
Maar tegenwoordig zijn computers rationeler dan wij, scheppen ze kunst en vellen ze morele oordelen. Zijn computers dan mensen? Volgens de wetenschap verschillen we juist niet van dieren en bestaat ons bewustzijn uit niets meer dan elektrische signalen in ons brein. In deze visies wordt de mens van buitenaf beschreven. Ze reduceren de mens tot ons gedrag en dan blijkt dat we inderdaad niets bijzonders zijn.
Maar strookt dat wel met hoe wij onszelf begrijpen?

Iets wat computers en dieren niet hebben, maar mensen wel, is de subjectieve ervaring van ons lichaam in de wereld en het vermogen om daarop te reflecteren. Maar via gehoorimplantaten, oogzenuwoperaties en virtual reality kunnen wij onze waarneming transformeren. Is er dan eigenlijk wel een onveranderlijke essentie van de menselijke ervaring?

Een onbetwistbaar antwoord op de vraag bestaat waarschijnlijk niet, maar nu de impact van ons bestaan op de wereld zo groot is, is het belangrijk om haar te blijven stellen. Dit boek onderzoekt de aard van de mens vanuit de overlappende perspectieven van filosofie, techniek en wetenschap.
De auteurs: Kirsten Poortier is docent filosofie en kunst, Erik Myin is hoogleraar filosofie aan de Universiteit Antwerpen en schrijft over waarneming, cognitie en bewustzijn. Peter-Paul Verbeek is hoogleraar filosofie en ethiek van wetenschap en techniek.